Veel geschillen kunnen in overleg tussen advocaten buiten de rechter worden opgelost. Advocaten wisselen hun argumenten uit en schatten de positie van hun cliënt in zonder uiteindelijk bij de rechter te belanden. Daar is ervaring en stuurmanskunst voor nodig. Een oplossing buiten een procedure verdient in veel gevallen de voorkeur. Deze is meestal goedkoper en kost partijen minder energie. Ook is de gang naar de rechter voor veel partijen emotioneel beladen. Toch lukt het niet in alle gevallen om een buitengerechtelijke oplossing te bereiken. Daar kunnen meerdere oorzaken voor zijn. Een kwestie kan principieel zijn, bijvoorbeeld in geval van een ontslag op staande voet. Beide partijen willen niet toegeven. De rechter moet dan de knoop doorhakken. Ook zijn er kwesties waarbij de rechter uitleg moet geven over wetsbepalingen. Als voorbeeld kan worden verwezen naar de rechtspraak van de Hoge Raad over slapende dienstverbanden. Maar ook in gerechtelijke procedures komt het in veel gevallen niet tot een uitspraak. Indien zij daartoe bereid zijn proberen rechters partijen veelal met behulp van vingerwijzingen alsnog tot een oplossing “op de gang” te bewegen. Dit lijkt een omweg om het recht te halen. Toch blijkt dit in veel gevallen een zinvolle omweg te zijn. Door de interventie van de rechter als onafhankelijke derde en de door de rechter te geven kapstokhaken voor de oplossing van een geschil, kan in veel gevallen alsnog tot een oplossing worden gekomen. Kortom, een zinvolle omweg naar recht, maar dan wel vanuit het besef dat de gang naar de rechter een ultimum remedium is.