Op grond van artikel 7:673 lid 7 sub c BW is de transitievergoeding niet verschuldigd in het geval het eindigen of niet voortzetten van de arbeidsovereenkomst het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werknemer. In geval de arbeidsovereenkomst wegens verwijtbaar handelen van werknemer wordt ontbonden, kan dus wel aanspraak worden gemaakt op de transitievergoeding. De Kantonrechter Eindhoven ontbond de arbeidsovereenkomst met een HR Manager die zonder overleg met de directeur en zonder diens toestemming vertrouwelijke e- mailcommunicatie tussen hen naar alle MT- leden had verstuurd, wegens verwijtbaar handelen.Alhoewel volgens de kantonrechter in dit geval geen sprake was van ernstig verwijtbaar handelen, liet dit volgens de kantonrechter onverlet dat blijkens de wetsgeschiedenis het recht op transitievergoeding onder bijzondere omstandigheden toch niet verschuldigd is. Deze bijzondere omstandigheden deden zich volgens de kantonrechter in dit geval voor nu werkneemster door haar handelen het vertrouwen van werkgever onwaardig was geworden.
ECLI: NL:RBOBR:2018:4470
https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBOBR:2018:4470
Bron: oatawa/shutterstock.com