De ontslagprocedure in het ambtenarenrecht is net even wat anders dan een ontslagprocedure voor een werknemer. Zodra een ambtenaar voor een bepaalde functie wordt aangesteld, moet daarover door het bevoegde gezag een besluit worden genomen. Dit geldt ook zodra een ambtenaar wordt ontslagen.
Wat moet een ambtenaar doen als hij met een ontslagbesluit wordt geconfronteerd en hij het hiermee niet eens is? Een ambtenaar kan binnen zes weken na de bekendmaking van het besluit bezwaar maken bij degene die het besluit heeft genomen. Maakt een ambtenaar niet tijdig bezwaar, dan loopt hij het risico dat het besluit onaantastbaar wordt en hij niet meer hiertegen bij de bestuursrechter kan opkomen. Maak dus tijdig bezwaar!
In de bezwaarprocedure moet de werkgever zijn besluit heroverwegen. Ziet de werkgever reden om bij zijn ontslagbesluit te blijven, dan zal hij het bezwaar ongegrond verklaren. Ziet hij naar aanleiding van het bezwaar reden om het besluit te herroepen, dan zal hij het beroep gegrond verklaren en meestal een nieuw besluit nemen. De ambtenaar heeft tijdens een bezwaarprocedure het recht om te worden gehoord. Er zal in dat geval vaak een hoorzitting worden gepland waarbij werkgever en ambtenaar hun standpunten kunnen toelichten.
Is het bezwaar ongegrond verklaard, dan kan een ambtenaar binnen zes weken na de bekendmaking van het besluit op bezwaar in beroep gaan bij de bestuursrechter. Er zal dan een zitting worden gepland waarbij een ambtenaar zijn standpunten kan toelichten. Vervolgens vindt er een uitspraak plaats. Ook hier zal worden gekeken of het beroep gegrond of ongegrond is. Bij gegrondverklaring van het beroep kan een besluit geheel of gedeeltelijk worden vernietigd.
Is een ambtenaar het ook met die uitspraak niet eens, dan staat er nog hoger beroep open bij een speciale hoger beroepsrechter voor ambtenarenzaken, de Centrale Raad van Beroep. Hoger beroep moet binnen zes weken na de uitspraak worden ingesteld. De Centrale Raad kan de uitspraak van de bestuursrechter bevestigen of vernietigen.