Een ambtelijke aanstelling die voor bepaalde tijd is overeengekomen, eindigt in beginsel van rechtswege. Een ontslagbesluit hoeft daarvoor niet te worden genomen.
Dat een aanstelling voor bepaalde tijd is aangegaan, wil niet zeggen dat dan ook in alle gevallen de rit moet worden uitgezeten. Indien een ambtelijk werkgever een redelijke grond heeft om het dienstverband tussentijds te beëindigen, kan een ontslagbesluit worden genomen. Bij dit ontslag moet de ambtelijk werkgever zich houden aan de gronden zoals die in de toepasselijke rechtspositionele regelingen zijn opgenomen. De belangrijkste rechtspositieregelingen voor de ambtenaar staan in de CAR/UWO en het Algemeen Rijksambtenarenreglement.
In het geval u als ambtenaar van uw werkgever een duidelijke toezegging heeft gehad dat de tijdelijke aanstelling zal worden verlengd of indien u uitzicht is geboden op een vaste aanstelling, kunt u bezwaar aantekenen tegen het niet verlengen van de aanstelling.